Frans van Ewijk, een halve eeuw gildebroeder
Het gilde Sint Catharina heeft haar waardering voor dit trouwe lidmaatschap tot uiting gebracht in een zilveren schild. Dit werd afgelopen zaterdag tijdens de H. Mis en naamdagviering van het gilde bij Frans van Ewijk opgespeld.
Het gilde had een knecht die iedere maand de contributie bij de leden kwam ophalen. De boete voor absentie bij een vergadering bedroeg ƒ 1,00. In 1962 verhuisde het gilde van café Hellings naar cafe v.d. Westelaken met de naam "t Gilde". De jaren 1971 tot 1976 waren moeilijke jaren voor het gilde, er waren nog maar 8 leden, maar ook Frans bleef het gilde trouw. In 1977 verhuisde het gilde naar café de Veer, werd gestart met handboogwedstrijden en er schreven zich 21 nieuwe leden in. Frans volgde in 1980 zijn vader op als koning van het gilde.
Tijdens de naamdagviering 22 november 1980 werd koning Frans van Ewijk voor de eerste keer uitgehaald. Er waren in die jaren veel activiteiten bij het gilde, vendelgroeten bij huwelijken of belangrijke jubilea, ondersteuning van kienavonden, organisatie van kaartavonden, het gilde had een volksdansgroep, knapte het kapelleke op, er was koninggschieten met handboog, koningschieten met geweer, er waren begrafenissen op met gilde-eer, men was aktief op de vlooienmarkt, vergaderingen van de Kring Maasland, etc. In 1998 besloot het gilde over te gaan tot het verkrijgen van de koningstitel via het koningschieten, in eerste instantie was er per jaar een nieuwe koning, daarna per twee jaar.
Frans was zilverdrager bij het gilde en op kringdagen vertegenwoordigde hij het gilde Sint Catharina in de jeu de boulewedstrijden. Het gilde vendelt in of na afloop van de H. Mis voor de eigen koning en voor de pastoor, die de H. Mis heeft opgedragen en in dit geval ook voor de jubilaris Frans van Ewijk. De vendelier zwaait het vaandel driemaal over het hoofd van de priester, koning en jubilaris. Dit zwaaien moet gezien worden als de hernieuwing van de eed van trouw aan de overheid, zich presenterend in de persoon van de priester, de geestelijke leider van de parochie en in de persoon van de koning van het gilde. Op deze wijze wordt de trouw van het gilde aan de kerk en staat gesymboliseerd.
